Leven met een beperking

Leven met een beperking

Postzegels geven een beeld van de werkelijkheid en daarmee inzicht in hoe we leven. Toch zal het niemand ontgaan dat de personen die afgebeeld staan op postzegels meestal aan de succesvolle kant van de samenleving staan. Vorsten en vorstinnen, politici, helden, kampioenen in de sport, beroemde wetenschappers en kunstenaars, kortom geslaagde persoonlijkheden.

Gelukkig is er soms ook aandacht voor de mensen die minder bedeeld in dit leven staan. Mensen die door een geestelijke of lichamelijke beperking nooit zo succesvol zullen zijn als de beroemdheden die ik net noemde maar die desondanks onze aandacht volop verdienen. Vroeger, en in heel veel landen nu ook nog, was een beperking voor de familie een zo grote schande dat men het kind achter de muren van het huis verborgen hield of het wegstopte in een ver afgelegen tehuis ergens in de bossen of op een klein eiland. Ieder van u herinnert zich nog wel de reportages over de deerniswekkende toestanden in kindertehuizen in Roemenië of op een eiland voor de Griekse kust waar verstandelijk gehandicapten hun leven lang werden opgesloten.

Zeker in een periode waarin de zorg voor deze medemensen door de financiële crisis zwaar onder druk staat, is het de moeite waard eens even bij hun situatie stil te staan.

Helen Keller

Een vrouw die ondanks haar beperkingen toch heel veel successen behaalde en daardoor een voorbeeld vormt voor vele gehandicapten, was Helen Keller. Ze werd in 1880 in de Amerikaanse staat Alabama geboren als een gezond kind maar kreeg, toen ze 19 maanden oud was, hersenvliesontsteking en werd daardoor doof en blind. Met de hulp van haar lerares Anne Sullivan wist ze zowel gebarentaal als braille te leren.



Zij was de eerste doofblinde die de middelbare school afmaakte en ging studeren aan een universiteit. In 1904 promoveerde ze cum laude aan de universiteit van Boston in de taalwetenschap. Ze was heel succesvol als schrijfster en haar autobiografie verscheen zelfs in afleveringen in het damesblad “Ladies’ Home Journal”. Haar toneelstuk “The miracle worker” maakt haar wereldberoemd. Ze zette zich in voor het onderwijs aan doven en blinden door lezingen te geven over heel de wereld. Ze beheerste zeven talen en bezocht samen met Anne Sulllivan 39 landen. Door haar strijd voor beter onderwijs en voor de rechten van vrouwen en arbeiders ontving ze verschillende eredoctoraten o.a. aan de universiteiten van Harvard, Berlijn, Glasgow enz.

Ze vormde een geweldige stimulans voor de emancipatie van mensen met een beperking, niet alleen blinden en doven maar ook mensen met een andere handicap. Velen hebben haar als een grote bron van inspiratie gezien.

Geestelijke beperkingen

Geestelijke beperkingen kunnen zijn aangeboren of door een traumatische reeks ervaringen zijn ontstaan. De eerste groep, bijv. kinderen met het syndroom van Down, ben ik merkwaardig genoeg niet tegen gekomen bij mijn speurtocht naar zegels gewijd aan een handicap. Wel komen we bij de serie Voor het kind uit 1931 een kind met een verstandelijke beperking tegen dat dan nog gewoon een achterlijk kind wordt genoemd.



In de serie die België in 1962 uitgaf met een toeslag voor het gehandicapte kind, staat een meisje afgebeeld met een “hersenverlamming” mogelijk een gevolg van problemen bij de geboorte.



Dat verstandelijke beperkingen ook veroorzaakt kunnen worden door traumatische ervaringen zien we aan het “verwaarloosde kind” uit de Kinderserie van 1931.



Nog duidelijker wordt dat zichtbaar in het Griekse zegel waarop een moeder met een kind naar een gewonde of gedode soldaat staren met als titel “De tragedie van de oorlog”.



Het is nauwelijks voor te stellen welke schade traumatische oorlogservaringen in de menselijke geest kunnen veroorzaken. De Amerikaanse Vietnam-veteranen zijn daar een goed voorbeeld van. Maar daarvoor hoef je helemaal niet ver van huis te gaan want ook de problemen van Nederlandse soldaten die op zg. vredesmissies in Bosnië, Libanon, Cambodja of Afghanistan zijn geweest, worden steeds duidelijker zichtbaar. De term “posttraumatisch stress-syndroom” (PTSS) is uit onze samenleving niet meer weg te denken.

Die schade zien we niet alleen bij de slachtoffers van de oorlogen zelf maar ook bij de “tweede- en derde generatie oorlogsslachtoffers”.

Lichamelijke beperkingen

Bij hun geboorte of door een ongeval of ziekte kunnen mensen lichamelijke handicaps oplopen.

Soms moeten ouders tot hun verdriet al vroeg constateren dat er iets mis is met hun kind als blijkt dat het niet goed hoort en daardoor ook moeite heeft met spreken.


Deze zegels tonen hoe doofstomme kinderen woordjes aangeleerd worden met losse letters en met een oscillograaf. Gelukkig is daarvoor mede dankzij Helen Keller al vroeg een speciaal soort onderwijs ontwikkeld, zoals blijkt uit de envelop die in 1941 verzonden is vanuit Ned.-Indie en die afkomstig is van de “Vereniging voor Onderwijs aan Doofstomme en Slechthoorende Kinderen in Ned.-Indie”.



Een vroeger veel voorkomende ziekte die levenslange invaliditeit tot gevolg kan hebben is polio of kinderverlamming.


Dat ook deze ziekte niet noodzakelijk leidt tot een minimumbestaan bewijst de Amerikaanse president Theodore Roosevelt, die de Verenigde Staten door de Tweede Wereldoorlog leidde en nog bij de vredesconferentie van Jalta aanwezig was. Zijn rolstoel is bijna zijn kenmerk geworden.



Aan het begin van de twintigste eeuw begon men allerlei hulpmiddelen voor mensen met een lichamelijke beperking te ontwerpen zoals de rolstoel.



Vooral door het geweldige aantal oorlogsslachtoffers van de Eerste Wereldoorlog kwam de ontwikkeling van hulpmaterialen voor gehandicapten in een stroomversnelling. De rolstoel is daar een voorbeeld van. Vaak worden werkplekken aangepast zodat medewerkers in hun rolstoel hun taken gewoon kunnen uitvoeren.



De westerse landen hebben bijna allemaal een sociaal stelsel waardoor gehandicapten of ouderen met deze hulpmiddelen geholpen kunnen worden.



Ook blindheid kan al vanaf de geboorte aanwezig zijn of later ontstaan door een ziekte of een ongeluk. Eeuwenlang was een blinde voor wat betreft zijn informatie afhankelijk van anderen. In de 19e eeuw ontwikkelde de Fransman Louis Braille, die zelf op driejarige leeftijd blind was geworden, echter een reliëfalfabet waarbij letters en cijfers door middel van puntjes in het papier worden gedrukt, zodat ze met de vingertoppen “gelezen” kunnen worden. Op de Nederlandse zegel staat ook in braille: 150 jaar brailleschrift.


Even onmisbaar als het brailleschrift is voor veel blinden hun geleidehond die na een lange training in staat is de blinde veilig door het verkeer te loodsen of met het openbaar vervoer te laten reizen. De hond betekent letterlijk de ogen van zijn baas.


Andere ziektes zoals reuma, multiple sclerose of dystrofie kunnen er voor zorgen dat slachtoffers afhankelijk worden van de hulp van anderen. Ook daarvoor zijn aanpassingen nodig.



Emancipatie van de gehandicapte

In onze samenleving kijken we (gelukkig) niet meer op van iemand met een be-perking maar proberen we gehandicapten een zo zelfstandig en zo volwaardig mogelijk bestaan te geven. Aanpassingen in de aanleg van straten en trottoirs geven een gehandicapte de mogelijkheid zich zelf te verplaatsen. Drempels worden weggehaald, deuren worden verbreed, brievenbussen worden lager gehangen en zo zijn er nog talloze aanpassingen mogelijk om deze groep het leven wat gemakkelijker te maken zodat ze niet, als voorheen, voor onneembare hindernissen komen te staan.



Maar ook op sportgebied is er grote vooruitgang geboekt: niet alleen op plaatselijk niveau zijn er sportclubs voor mensen met een beperking gekomen, ook landelijk en internationaal zijn er steeds meer sportbonden voor gehandicapten die kampioenschappen organiseren op landelijk, Europees en wereldniveau.



Een prachtig voorbeeld daarvan zijn de “Special Olympics” of wat wij noemen de Paralympische Spelen, die eenmaal in de vier jaar direct na de Olympische zomerspelen worden georganiseerd in dezelfde accommodaties.



De Verenigde Staten, het sportland bij uitstek natuurlijk, heeft verschillende zegels aan deze spelen gewijd, zoals de zegel met een blinde sportvrouw met de toepasselijke tekst “Skill-Sharing-Joy” (het doel is samen plezier te ervaren in de sport) of de triomfantelijke pose van een gouden medaillewinnaar op deze spelen.



Wat deze zegels duidelijk maken is: Leven met een beperking betekent zeker geen beperkt leven!

John Tolsma



Centrum Philatelisten Vereniging Groningen Emmastraat 5
9722 EW Groningen
Tel: 050 - 525 96 10 info@philatelist.nl