Albrecht Dürer

Albrecht Dürer

De naam Albrecht Dürer zal de ene lezer meer zeggen dan de andere. Maar toch, de verzamelaars onder ons die zich hebben toegelegd op het voormalige Oost-blok zal deze naam zeker als bekend in de oren klinken.

Toen ik op de voorjaarsvergadering in één van de kavels die ik kocht ook een herdenkingsblok, uitgegeven door Tsjechoslowakije, betreffende Albrecht Dürer aantrof, was mijn belangstelling direct gewekt. Een bekende naam, maar toch?



Wie en wat was Albrecht Dürer?

Hij werd geboren te Neurenberg op 21 mei 1471 en overleed in dezelfde plaats op 6 april 1528. Hij was niet alleen kunstschilder maar werd ook bekend als tekenaar, maker van houtsneden en kopergravures. Enerzijds staat zijn werk in de traditie van de middeleeuwse gothiek, anderzijds zijn er grote invloeden van de moderne ontwikkelingen, zoals de Renaissance, zichtbaar. Voorbeelden daarvan zijn zijn belangstelling voor de kunsthistorie en bijv. de meetkunde.

Dürer heeft zijn bekendheid vooral te danken aan zijn veelzijdigheid. Hij trachtte zijn kennis steeds weer te vergroten door Europa te doorkruisen. Hij was niet alleen op zoek naar voorbeelden uit de Renaissance maar ook naar beelden uit de natuur die door hem op meesterlijke wijze werden vastgelegd. Dürer werkte onder meer samen met Matthias Grünewald (1475 – 1528), Lucas Cranach de Oudere (1472 – 1553) en Hans Holbein de Jongere (1497 – 1543).

Dürer is geboren als derde zoon van een Hongaarse goudsmid die was gehuwd met de Duitse Barbara Holpe. Zijn ouders zijn door hem geportretteerd. Hij ging bij zijn vader in de leer om het werk van goudsmid onder de knie te krijgen. Wie echter mocht denken dat zijn eerste kunstwerk een schitterend gouden kleinood zou zijn, komt bedrogen uit. Zijn eerste werk is een zelfportret geschilderd in 1484.


Zijn vader onderkende de schildertalenten van zijn zoon en deed hem in de leer bij de schilder Michael Wolgemuth. Toen Dürer de gezellentijd voorbij was, ondernam hij reizen naar onder andere Nederland, Zwitserland en vooral Italië.

Tijdens zijn verblijf in Italië onderging hij de invloed van de Italiaanse Renaissance, bijv. van de schilders Mantegna en Pollaiuolo. Enige tijd later kwam hij onder de invloed van Giovanni Bellini, een kunstenaar uit Venetië.

Dürers werk betekende een doorbraak voor de Noord-Europese kunst door de toepassing van het perspectief. Zijn kennis van de meetkunde stelde hem in staat te berekenen hoe de perspectivische verhoudingen moesten worden weergegeven. Ook in andere opzichten was hij baanbrekend voor de kunst.

Dürer was waarschijnlijk de eerste schilder die het aandurfde om zichzelf frontaal op een naaktportret vast te leggen. Dat betekent dat dit zelfportret niet alleen voor de maker een persoonlijke triomf is maar tevens een cultuurhistorisch document.



De bekendste werken van Dürer zijn echter de houtsnedes. In zijn tijd was deze techniek nog niet lang in gebruik. In Italië, het land dat destijds het invloedrijkste kunstland werd beschouwd, had hij met zijn houtsneden een belangrijke invloed. Een voorbeeld hiervan is de schilder Pontormo. Deze schilder werd door de biograaf Vasari afgekraakt voor de veel te nadrukkelijke navolging van Dürers werkwijze en vormgeving. Dürers vaardigheid in deze techniek was zo groot dat zijn houtsneden over heel Europa veel gevraagd werden. Dankzij het feit dat er vele afdrukken van een houtsnede gemaakt konden worden, kon aan deze vraag worden voldaan.

Ook heeft hij zich beziggehouden met het ontwerpen van versterkingen voor steden. In 1527 publiceerde hij een boek getiteld: "Etlliche Unterricht zur Befestigung der Stadt, Schloss und Flecken”. Hij beschrijft in dit werk hoe hij denkt over het versterken van muren enz. tegen het steeds moderner wordende kanonvuur. Hij was een voorstander van het bouwen van ronde, uitspringende torens. Als die dik genoeg werden gebouwd en de diverse woonlagen werden voorzien van dikke vloeren, was het niet alleen een goede schuilplaats tegen de kanonskogels maar dienden ze tevens als woon- en slaapvertrekken voor de verdedigers en opslagruimtes voor de kanonnen en kogels die ter verdediging werden gebruikt. Deze bouwwerken worden over het algemeen beschouwd als voorlopers van het bastion. Helaas voor Dürer werd van dit plan maar zelden gebruik gemaakt. De afmetingen van de bouwwerken waren enorm en de kosten torenhoog. Algemeen wordt aangenomen dat in Nederland de stad Sittard op een vereenvoudigde manier gebruik heeft gemaakt van de ideeën van Dürer. Het fort Sanderhout, naast de voormalige Putpoort, is een overblijfsel van een zogeheten bastei.



Eén van de bekendste prenten van Durer is ongetwijfeld de gravure “Melencolia I”. Deze gravure geeft een visie op de melancholie.


De toevoeging van de Romeinse I slaat waarschijnlijk op het type zwartgalligheid, volgens de indeling in drie types door de Duitse humanist Cornelius Agrippa. Als er sprake is van type I wordt gesproken van “Melencholia Imagnativa”. Als kunstenaars hieraan lijden heeft de verbeelding de overhand op het verstand.

Omdat in de gravure, door Dürer gemaakt in 1514, zoveel wordt weergegeven geef ik u in dit geval een uitvoerige beschrijving van deze gravure. (Het is helaas moeilijk om deze gravure zodanig weer te geven dat alle facetten duidelijk zichtbaar te zijn).

Rechtsonder zit een trieste figuur met vleugels, een zogenaamde genius. Hij steunt zijn hoofd op de linkerhand en kijkt verbijsterd voor zich uit alhoewel hij een lauwerkrans op zijn hoofd draagt. In zijn rechterhand heeft hij een passer en een boek. De genius draagt een weelderige jurk met plooien en een geldbeurs. Ondanks alle goeds, lauwerkrans, beurs en goede kleding, zit de figuur er verslagen bij, de kern van de melancholie.

Verder zien we op de gravure overal symbolische voorwerpen en dieren. Aan de voeten een bol en een veelvlak. Een hond, het symbool van trouw, ligt in een kronkel te slapen. Boven zijn hoofd hangen een weegschaal in evenwicht, een zandloper, een doodsklok en een tovervierkant met daarin het jaartal 1514. Dit is een vierkant waarvan alle diagonalen, rijen, kolommen en 2 keer 2 hoeken opgeteld het getal 34 opleveren. Het zijn de symbolen van wiskunde, de nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen. De zandloper en de doodsklok staan voor de vergankelijkheid.

In het midden zien we een putto op een molensteen. (Een putto is in de beeldhouw- en schilderkunst een mollig kinderfiguurtje, bijna altijd mannelijk en meestal naakt).

Op de grond liggen verder nog een hamer, een schaaf, een zaag en grafeerstiften. Het gereedschap van de timmerman en de kunstenaar.

Op de achtergrond links zien we een regenboog, een fel licht, (niet bekend of hier de zon of een komeet wordt bedoeld) en een vleermuis, het symbool van de duisternis, die de titel van Melancolia I van de prent als banier draagt. Ook zien we nog een ladder staan. Het felle licht wordt in de verte weerkaatst in het water van een zee of meer.

Een interpretatie is dat de vleugels verwijzen naar de goddelijkheid van de ziel. Deze mens is echter niet goddelijk, maar aan de aarde verbonden. De symbolen staan voor het wikken en wegen van de mens, die zich ondanks zijn kennis en wetenschap, na de arbeid onbevredigd voelt met het tijdelijke en vergankelijke. De melancholie komt voort uit onzekerheid over het bestaan. De goddelijke bovenzinnelijke werkelijkheid die op de achtergrond nog duidelijk aanwezig is, werd vanaf de vijftiende eeuw langzamerhand verdrongen door het “nieuwe licht”. Dat licht valt reeds van buiten het beeld op de figuur en stelt de ontwikkeling van de empirische wetenschappen voor. (Empirische wetenschap is letterlijk wetenschap gebaseerd op ervaring en proefondervindelijke uitkomsten). Melancholie en vertwijfeling is het gevolg van de tweespalt tussen twee totaal verschillende mens- en wereldbeelden.

Dürer geeft middels deze gravure een duidelijke indruk van de melancholie. Melancholie en vertwijfeling is het gevolg van een tweespalt tussen levenslust en duisternis.

Helaas bestaat de Melencolia I niet meer. Toen in 2007 de prent uit de collectie Fodor van het Amsterdams Historisch Museum in het Armando Museum in Amersfoort werd tentoongesteld, brak in laatstgenoemd museum een felle brand uit. Hierbij ging het kunstwerk helaas verloren.

In diverse Nederlandse musea zijn echter nog vele andere werken van Durer te bewonderen.

Gerrit van der Molen
Lit.: Wikipedia en diverse andere naslagwerken



Centrum Philatelisten Vereniging Groningen Emmastraat 5
9722 EW Groningen
Tel: 050 - 525 96 10 info@philatelist.nl